Beheer gemeentelijke gebouwen
Uitgangspunt bij het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen is het onderhoudsniveau 3 conform NEN 2767 met uitzondering van een aantal panden in de voormalige gemeenten Ten Boer en Haren. Dit niveau is landelijk gangbaar en houdt het onderhoud op een redelijk niveau. De voorzieningen onderhoud zijn gebaseerd op actuele meerjarenonderhoudsplannen en zijn toereikend van omvang.
Kernvastgoed
Het grootste deel van de gebouwen in de portefeuille kernvastgoed is redelijk tot goed onderhouden. Voor deze gebouwen is een passende voorziening opgenomen op basis van het principe van instandhouding. Noodzakelijk onderhoud als gevolg van een hogere bezetting (bijvoorbeeld aan de klimaatinstallatie) in een gebouw is niet voorzien. Voor één gebouw in deze categorie (aan het Harm Buiterplein) is met de bouwer ervan ook een onderhoudscontract voor meerdere jaren afgesloten. Die verricht het onderhoud.
De revitalisering van het Stadhuis aan de Grote Markt 1 is inmiddels in volle gang. Na de realisatie van de revitalisering zal het MJOP geactualiseerd worden voor het vernieuwde Stadhuis. Dan zal blijken hoe de onderhoudslasten zich ontwikkelen.
Voor de Peizerweg 128, de hoofdlocatie van Iederz, wordt nieuwbouw gerealiseerd door middel van een Design, Build en Maintenance contract. De aanbesteding is met succes afgerond en de afgelopen maanden is hard gewerkt aan de uitwerking van het ontwerp.
De wijkpost in Haren voldoet niet aan de onderhoudsnormen. Op deze locatie zijn de brandweer en de wijkpost gehuisvest. De Veiligheidsregio heeft ervoor gekozen om deze locatie te gaan verlaten. De gemeente onderzoekt op welke wijze hun dienstverlening naar de toekomst op de beste manier kan worden gehuisvest. Dit geschiedt in relatie met de andere wijkposten, zodat een totaalbeeld ontstaat van de huisvestingsbehoefte.
Het pand aan de Duinkerkenstraat 45 heeft op dit moment een belangrijke functie als het gaat om de huisvesting. Er zijn verschillende ontwikkelingen die aanleiding geven om de pandstrategie van deze locatie tegen het licht te houden. Vanuit de gebruikers is geconstateerd dat de locatie Duinkerkenstraat in de toekomst een belangrijke rol blijft vervullen in de huisvesting. Op dit moment wordt onderzocht op welke wijze het pand toekomstbestendig kan worden gerevitaliseerd.
Het gemeentehuis in Ten Boer is onvoldoende op niveau. Afhankelijk van de langetermijnstrategie zal nut en noodzaak worden onderzocht in hoeverre extra inzet nodig is om dit pand op niveau te brengen. In 2022 zal de strategie voor dit pand duidelijk moeten worden, zodat hierop gericht kan worden ingezet.
Schoolgebouwen
De verantwoordelijkheid voor onderhoud, aanpassingen en het up-to-date houden van de schoolgebouwen voor primair, voortgezet en speciaal onderwijs ligt -zoals dat wettelijk is bepaald- bij de schoolbesturen. De schoolbesturen krijgen daarvoor de middelen in de lumpsumfinanciering van het rijk. De gemeente heeft daarom geen verantwoordelijkheid (financieel en inhoudelijk) voor de technische en onderwijskundige staat van die gebouwen. Als gemeente hebben we een (wettelijke) verantwoordelijkheid voor (vervangende) nieuwbouw en uitbreiding. De maatregelen en planning daarvoor zijn vastgelegd in het Integraal huisvestingsplan (IHP). Concreet voor de eerste 4 jaar, met een doorkijk naar de jaren daarna.
De multifunctionele accommodaties, Vensterscholen, Kindcentra en Brede scholen zijn in de meeste gevallen wel eigendom van de gemeente. In dat geval worden deze door ons onderhouden. Schoolgebouwen die niet meer voor onderwijs in gebruik zijn, vallen op basis van het economisch claimrecht terug aan de gemeente. Daarmee zijn deze gebouwen weer een gemeentelijke verantwoordelijkheid. De gemeente probeert een goede bestemming voor deze gebouwen te vinden. Voor de gebouwen in eigendom van de gemeente zijn meerjarige onderhoudsplannen opgesteld. Onze onderhoudsplanning is, zoals ook in de Vastgoednota is vastgelegd, in eerste instantie gericht op instandhouding. Bij de eventuele wens voor aanpassingen gaan we in overleg met de gebruikers over de mogelijkheden binnen de bestaande budgetten of vragen de gebruiker aanvullende budgetten beschikbaar te stellen. Waar nodig houden we rekening met eventuele aanpassingen die nodig zijn voor aardbevingsbestendigheid.
Sociaal culturele (welzijns) accommodaties
De sociaal culturele welzijnsaccommodaties worden vanuit de accommodatienota gesubsidieerd. In 2021 vindt besluitvorming plaats of de accommodatienota met ingang van 2022 wordt vernieuwd. Het onderhoudsniveau van de welzijnsaccommodaties is redelijk tot goed te noemen. Eén uitzondering daarop is het gebouw van speeltuinvereniging Oosterpark aan de Resedastraat 2a. Dit ‘boomstammengebouw’ wordt met tijdelijke maatregelen in stand gehouden. Er zijn ontwikkelingen in de wijk (onderzoek naar realisatie van een wijkcentrum waar de speeltuinvereniging onderdeel van uit gaat maken) waardoor het gebouw mogelijk afgestoten of gesloopt worden.
Culturele gebouwen
In deze categorie vallen onder anderen het gebouw van Vrijdag aan de St. Jansstraat, het cultuurcentrum ‘De Oosterpoort’ aan de Trompsingel, het Forum aan de nieuwe markt en het Groninger Museum op het Museumeiland. De (nog in aanbouw zijnde) nieuwe locaties van de Kunstwerf en Villa B aan de Bloemsingel worden in 2021 gebruik genomen. Bovendien wordt in de Sint Jansstraat de komende jaren (deels) nieuwbouw gepleegd voor Vrijdag en vindt onderzoek plaats naar nieuwbouw voor het muziekcentrum ‘De Oosterpoort’. In afwachting van de verbouw en nieuwbouw wordt het onderhoud aan Vrijdag en het muziekcentrum ‘De Oosterpoort’ de komende jaren tot een minimum beperkt. Het Forum aan de Nieuwe Markt is inmiddels in gebruik en we krijgen meer zicht op de exploitatie en het onderhoud. Dit is een vereiste om het onderhoud van het Forum opnieuw te kunnen aanbesteden.
Sportaccommodaties
Voor het onderhoud van de sportgebouwen werkt Sport050 met een Meerjarig Onderhoudsplanning (MJOP) die jaarlijks wordt bijgesteld. Hiervoor wordt sinds 2019 gebruik gemaakt van een voorziening waar het geplande onderhoud uit gefinancierd wordt. Deze MJOP geldt voor alle sportgebouwen in onze gemeente. In de planning voor 2022 staat onder andere het vervangen van de koeltoren op Kardinge. Begin 2021 zijn wij, mede op verzoek van de raad, gestart met het verbreden van de herontwikkelingsopgave voor het sportcentrum Kardinge tot een integrale, gebiedsgerichte aanpak. Dit betekent dat de daadwerkelijke herontwikkeling van het sportcentrum later gerealiseerd wordt dan in eerste instantie beoogt. Met een aantal investeringen in vervanging en onderhoud kan het sportcentrum nog maximaal 5 jaar opengesteld worden. Het meerjarenonderhoudsplan is hierop geactualiseerd, gericht op een 'sterfhuisconstructie' in uiterlijk 2029. Deze investeringen worden gedragen binnen de onderhoudsvoorziening en reservering van Sport050. Verder wordt van diverse gymlokalen de dakbedekking vervangen. Tevens gaan we voort met de vervanging van de oude douchepanelen in alle gymlokalen (ieder jaar een deel), het aanbrengen van ledverlichting en het vervangen van het oude Gebouw Beheer Systeem (GBS).
Voor de ‘Vervanging Investeringen Planning kunstgrasvelden’ (VIP) wordt jaarlijks opnieuw onderzocht op noodzaak van vervanging voor het desbetreffende jaar. Hiervoor vindt medio september een soort van keuring plaats. De staat van de kunstgrasvelden is bepalend voor het moment van renovatie. Afhankelijk van de intensiteit van het gebruik vindt de vervanging van de top- en sporttechnische lagen van kunstgrasvelden plaats. Bij het bepalen van de definitieve vervangingen betrekken we de betrokken verenigingen. Voor 2022 staat de vervanging van meerdere kunstgrasvelden gepland. Kunstgrasvoetbalvelden op de sportparken Glimmen, Het Noorden, de Esserberg en Haren (2 velden en een pupillenveld). Tevens wordt het kunstgrasveld korfbal op Kardinge vervangen en in Haren het hoofdveld van de hockeyclub. Alle kunstgrasvelden met SBR worden via de VIP fasegewijs vervangen door een alternatieve infill die niet schadelijk is voor het milieu. Dit brengt meerkosten met zich mee, die op dit moment niet zijn meegenomen in de VIP. Voor een aantal jaren (afhankelijk van de daadwerkelijke vervanging van die velden) zijn deze kosten gedekt in de meerjarenbegroting 2020-2023. Voor de periode daarna zal opnieuw naar dekking gezocht moeten worden.