Paragraaf 6: Verbonden partijen

Gemeenschappelijke regeling

Assen

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het doelgroepenvervoer. Dit is onder meer het vervoer van mensen met een Wmo-indicatie, leerlingen die op grond van de gemeentelijke verordening leerlingenvervoer voor vervoer in aanmerking komen en in enkele gemeentes (waaronder Groningen) het Participatiewet vervoer. Om dit op een zo duurzaam en efficiënt mogelijke manier te kunnen realiseren hebben alle gemeenten van Groningen en Drenthe zich verenigd in het samenwerkingsverband Publiek Vervoer. Publiek vervoer heeft als doel een optimaal vervoersnetwerk te creëren, dat betaalbaar en toekomstbestendig is en waarin duurzaam gebruik wordt gemaakt van alle beschikbare vervoersmiddelen en stromen. Denk hierbij aan integratie en aansluiting van het doelgroepenvervoer (combinatie verschillende doelgroepen) onderling maar bijvoorbeeld ook met het openbaar vervoer. Namens de gemeentes is Publiek Vervoer voor een deel verantwoordelijk voor het contractmanagement, verantwoordelijk voor het klachtenmanagement, hebben zij een kennis- en advies functie en focussen zij daarnaast op doorontwikkeling van het vervoer.

3.3 Welzijn, gezondheid en zorg

De gemeente Groningen, Eemsdelta, Het Hogeland,
Midden-Groningen, Oldambt, Pekela, Stadskanaal, Veendam, Westerkwartier, Westerwolde, Aa en Hunze, Assen,Borger-Odoorn, Coevorden, De Wolden, Emmen, Hoogeveen,Meppel, Midden-Drenthe, Noordenveld, Tynaarlo en Westerveld en het OV-Bureau Groningen Drenthe.

Een collegelid is lid van het bestuur van Publiek Vervoer.

Voor de gemeente Groningen was de bijdrage in 2020 112 duizend euro. De bijdrage per deelnemende gemeente is gebaseerd op de verdeelsleutel gemeentefonds 2015 voor de Wmo. Deze bijdragen worden jaarlijks geïndexeerd.

Het begroot eigen vermogen op 1 januari 2022 is 22 duizend euroen op 31 december 2022 23 duizend euro. Het begroot vreemd vermogen op 1 januari 2022 is 344 duizend euro en op 31 december 2022 344 duizend euro.

Het begroot resultaat over 2022 is 1 duizend euro voordelig.

Gezien de relatief beperkte omvang van de organisatie en het relatief geringe aandeel van onze gemeente in de gemeentelijke bijdragen (ruim 13 %) zijn de financiële risico's zeer beperkt. Ook de gevolgen van Corona zijn klein. De gemaakte meerkosten kunnen worden verhaald op het Rijk en zijn via separate facturen bij de gemeente ingediend.

Door de overeengekomen continuiteïts-bijdrage met onze vervoerders kan de ingeboekte taakstelling van 230 duizend euro in 2020 en 2021 waarschijnlijk onvoldoende worden gerealiseerd. De transformatie is weliswaar inhoudelijk gerealiseerd maar de ingeboekte taakstellingen zijn met name gebaseerd op verhoogde inkomsten aan eigen bijdrage en het implementeren van een maximaal aantal kilometers op jaarbasis. Voor zowel deze verhoogde inkomsten aan eigen bijdrage en het maximaal aantal kilometers per jaar zijn we afhankelijk van een normale vervoerssituatie, dus een vervoerssituatie zoals voor de Covid-19 pandemie. Doordat het vervoer sterk gereduceerd is ontvangen wij simpelweg minder eigen bijdrage. Omdat wij bevoorschotten op basis van een maandnorm realiseren wij geen voordeel nu er minder kilometers worden gereden. Feitelijk kan dit worden gezien als Covid-19 schade maar volgens de definitie van het Rijk zijn dit geen meerkosten die een direct en aantoonbaar gevolg zijn van Covid-19 (mondkapjes, handgel etc.).

Een beleidsrisico als gevolg van Corona is er eigenlijk niet. De extra werkzaamheden die uitgevoerd dienen te worden door Publiek Vervoer worden op het Rijk verhaald als meerkosten. Er zijn geen signalen dat het functioneren van de gemeenschappelijke regeling in het geding komt als gevolg van Corona.